Artikel uit:
RIJNLANDMODEL
Naar hoofdsite, klik hier

Leids universiteitsblad Mare, 14-04-2005, door Thomas Blondeau

In de Leuvense aanpak mag elke prof zijn eigen bedrijfje

Knokken voor je ziel

Tussentitel: `Zonder bedrijfsmatige aanpak ontstaat een softe geitenwollensokkencultuur'

Al in 1972 zag de K. U. Leuven de noodzaak van een goede begeleiding van de universitaire spin-offs. Toch waarschuwt Leuven Research & Development voor overspannen verwachtingen. En vergeet de verschillen niet, zegt de hoogleraar kerkelijk recht. `Een fysicus kan briljant zijn op zijn achttiende, een wetenschapper in de Letteren niet.'


...Een daarvan is K.U.Leuven Research & Development (LR&D), een universitaire interface-dienst die nagaat waar wetenschap en bedrijfsleven elkaar zinvol kunnen ontmoeten.
wetenschap en bedrijfsleven elkaar zinvol kunnen ontmoeten.
    LR&D bestaat als sinds 1972 en is zo een van de oudere technologiebureaus van Europa. Het houdt zich bezig met contractonderzoek, patenten en licenties, intellectueel eigendom en de hele spin-offwinkel die door een financiële en Human Resource-afdeling wordt ondersteund. Er bestaan al meer dan vijftig spin-offbedrijfjes met activiteiten variërend van biofarmacie tot fruitteelt en stresscounseling.
    Alle bedrijven draaien samen een omzet van 350 miljoen euro en stellen zo'n tweeduizend mensen te werk. Aan het hoofd van LR&D staan een academicus en twee 'niet-academici'. Paul van Dun, van huis uit jurist, behoort tot de niet-academisch poot van de directie. Zijn cijfermateriaal spreekt voor zich: 'In 2004 genereerden we ongeveer 50 miljoen euro en de sterkst stijgende component daarin zijn de inkomsten uit licenties en patentverkoop. We klokten dat jaar af op een dikke veertien miljoen dollar - ik zeg dollars want de meeste royalty's krijgen we uit de VS - uit licentie- en royaltyinkomsten.'
    Het succes van de Leuvense aanpak bestaat uit twee onderdelen. Elke hoogleraar krijgt de mogelijkheid om geleidelijk de marktwaarde van zijn product uit te testen en is daarbij gegarandeerd van een stevige juridische bescherming van de academische vrijheid en rechten. Van Dun over de werkwijze: ' We hebben een vrij atypische structuur die zeer decentraal is. Elke professor die zinnens is om iets met de industrie te doen - wat dat ook moge zijn, van een klein vertaalcd'tje van vijfhonderd euro tot een groot contract - kan bij ons langskomen. Wij creëren voor hen een virtuele entiteit, een soort minibedrijfje. Het is de bedoeling dat alles wat zij doen met de industrie, alle kosten of opbrengsten, in dat bedrijfje terechtkomen. Ik noem dat atypisch, want bij de meeste universiteiten is het gebruikelijk dat men voor de aankoop van een potlood twaalf formulieren moet invullen, liefst een jaar op voorhand.'
    In dit systeem bezit de betreffende hoogleraar een grote mate van autonomie. Zolang alles met wetenschappelijk onderzoek te maken heeft, mag hij met de inkomsten van de entiteit doen wat hij wil. Apparatuur kopen, mensen aannemen of patenten aangaan. Wanneer het bedrijf economisch levensvatbaar wordt, licht L&RD de winstgevende activiteiten uit en sticht een vennootschap. 'Je hebt dan al klanten en een minimum aan cash. Een heleboel risicofactoren zijn dan geëlimineerd.' ...


Terug naar Innovatie , Innovatie lijst , Wetenschap lijst , Wetenschap overzicht , of naar site home .
 

[an error occurred while processing this directive]